Sinds het midden van de jaren negentig is de natuur voortdurend aanwezig in het werk van Marian Bijlenga. Ze gebruikt materialen zoals papierdraad, Japans papier en paardenhaar. Haar uitgangspunt is echter niet het materiaal maar de vorm. Ze is gefascineerd door lijnen, tekens en structuren van het alfabet, cardiogrammen of Chinese karakters. Niet alleen het ritme van de lijnen maar ook de ruimtelijke vlakverdeling is belangrijk. Bijlenga werkt vaak met materialen uit de natuur, zoals de varen, bamboe, ginko of judaspenning. Op deze wijze ontstaan nieuwe patronen met spiralen en stippen die transparante structuren opleveren in verrassend subtiele kleurschakeringen. De kracht van haar werk schuilt in het bewust openlaten van grote vlakken.
Zonder titel (2003/2004). Materiaal: Japans papier en rozenblaadjes
(foto: Ron Zijlstra)
Sinds het midden van de jaren negentig is de natuur voortdurend aanwezig in het werk van Marian Bijlenga. Ze gebruikt materialen zoals papierdraad, Japans papier en paardenhaar. Haar uitgangspunt is echter niet het materiaal maar de vorm. Ze is gefascineerd door lijnen, tekens en structuren van het alfabet, cardiogrammen of Chinese karakters. Niet alleen het ritme van de lijnen maar ook de ruimtelijke vlakverdeling is belangrijk. Bijlenga werkt vaak met materialen uit de natuur, zoals de varen, bamboe, ginko of judaspenning. Op deze wijze ontstaan nieuwe patronen met spiralen en stippen die transparante structuren opleveren in verrassend subtiele kleurschakeringen. De kracht van haar werk schuilt in het bewust openlaten van grote vlakken.